Heb je het druk? Hoe weet je het dat je het druk hebt? En hoe weet je het dat het niet druk is? Is het lekker druk of vervelend druk?
Om te weten hoe “druk” voelt kan alleen als je ook rust hebt ervaren.
Ga eens na bij jezelf: Hoe herken je echte rust bij jezelf?
Wat is er allemaal aanwezig of afwezig als jij rust ervaart bij jezelf? Is er iets buiten jezelf nodig? Natuur, lekker muziekje, kampvuur, bad, ‘klus’ afmaken, dansen, schilderen, met vrienden zijn… wat het dan ook is. Ben je bewust welke omstandigheden je nodig hebt om rust te ervaren? En wat gebeurt er als de omstandigheden wegvallen? Blijf je rust ervaren en voor hoelang? Wat gebeurt er als de rust verdwijnt?
Soms vraag ik als zenleraar in de eerste meditatieles aan cursisten wat ‘Zen’ voor ze betekent. “Ultieme rust gevoel” wordt vaak benoemd. Dat is dan ook paradoxaal dat op een moment dat men stil gaat zitten op de meditatiekussen, er juist onrust opkomt. Heleboel gedachten, lijf die liever toch een kleine beweging wil maken, gedachten die daar weer iets van vinden, wat weer stilzitten nog lastiger maakt. Je verlangt naar rust maar er is alleen onrust. Nu heb je een keuze – blijf je in gevecht met jezelf of neem je het zoals het is.
Dat is de kern van zen. Elke moment waarnemen zoals het is. Het verandert, en nu is het weer anders. Dit is het. Dat bij jezelf kunnen waarnemen, gedachten en gevoelens, wat er bij je gebeurt. Als je zen meditatie beoefent, leer je in eerste instantie waarnemen hoe je je eigen “drukte” opbouwt. Welke gedachten weer terugkeren, hoe je daarbij voelt, welke neigingen je hebt om daarmee iets te doen. Van welke gedachten hou je graag vast. Verdiepende onderzoek, bijvoorbeeld in coaching, kan je helpen jezelf beter te begrijpen welke dieperliggende motivatie er schuil ligt – wat je onbewust probeert te bereiken. Wat je echte behoefte is, wat je echt wilt.
Zen gaat ervan uit dat je niet hoeft te veranderen. Je hoeft je gedachten niet omdraaien om naar de positieve kant te kijken om je beter te voelen of je doelen te halen. In zen oefen je met je onrust te zijn. Het hard werken om het anders te laten zijn dan het is, is dan niet meer nodig. Paradoxaal genoeg, je verandert dan van zelf. Je kan andere perspectieven, mogelijkheden, oplossingen zien. Je wordt creatiever. Je kan vrij kiezen wat er nodig is, in plaats van dat er iets moet gebeuren. Door niet naar de zonnige kant moeten zoeken, maar met de andere kant leren zijn, wordt het vanzelf zonnig.
Hoe meer je leert zijn met je gedachten en gevoelens waar je juist (onbewust) weg van wilt, hoe meer rust je in jezelf ervaart. Ook zonder externe omstandigheden. Of juist in het midden van drukke omstandigheden.
Stel je voor. Een therapeut zegt dat hij jouw probleem in 5min kan oplossen. Dat wil je eigenlijk wel horen, maar je weet het, dat het echt "too good to be true" is. De therapeut in dit filmpje hierboven is heel duidelijk in zijn advies: stop er gewoon mee. De vrouw is bang, heeft ongezonde relatie met het eten en met mannen. Als de vrouw zich duidelijk maakt dat ze het therapeutisch advies niet waardeert, krijgt ze wat langer advies: stop er gewoon mee, anders…
Dat zag ik vaak bij mezelf toen ik vermoeid was en niet lekker in mijn vel zat. Bijvoorbeeld schreeuwen tegen mijn kinderen. Ik voelde de irritaties oplopen, maar deed niks, totdat de schreeuw er uitkwam zonder dat ik het kon beheersen. Ik kon welstoppen op een moment, maar dan was de lading er al af. Ik was niet blij met mezelf, en had gelijk een mening over mezelf: “Wat ben ik een slechte moeder.Ik moet ermee stoppen, anders worden ze bang voor mij”.
Ik vind dat wij mensen als basis eigenlijk best wijs zijn. Wij voelen het wel aan, welk gedrag voor onszelf en voor de ander functioneel is. Alleen, zijn we er niet bewustvan en / of lukt het gewoon niet om ermee te stoppen. Het is net alsof je gestuurd wordt door doorzichtige krachten.
Als 17-jarige had ik bulimia. Niemand wist ervan. Alleen mijn dagboek. Als ik mijn gesprek met mijzelf toen nu teruglees is het heel duidelijk: ik was heel hard aan het werken om weer niet dat te doen wat ik alweer had gedaan – te veel eten en gaan spugen. Elke dag was een nieuwe kans en ging ik het anders doen. Totdat ik het weer had gedaan. Van elke mislukking vond ik er stevig iets van (om mezelf te motiveren, denk ik): ik was een luie kotszak die zichzelf niet kon aanpakken en het gewoon te stoppen. Ik had een gedrag ontwikkeld die mij hielp om met ongemakkelijke gevoelens en gedachten om te gaan. Maar dat had ik zelf niet door.Ik voelde wel aan dat wat ik deed niet goed voor me was, maar te stoppen? Dat lukte alleen niet. Zelfs mezelf bang met stevige veroordeling hielp niet.
Met behulp van diëtist bouwde ik weer een gezonde relatie met het eten op. Maar, pas 20 jaar later werd ik er bewust van, dat niet kunnen omgaan met ongemakkelijke gevoelens en gedachten na mijn eetstoornis over was gegaan naar extreem sportenen veel werken. Mijn patroon was: “ik voel me rot”, ga iets doen. Nog beter: “Blijf bezig en nuttig, dan komt het rotgevoel en rotgedachten niet”.
Het gedrag is alleen wat je doet. Er gebeurt veel meer bij je voordat en terwijl je het doet.Onbewust. En dat is ook maar goed. Als je over elke handeling bewust zou gaan nadenken zou je energie snel op zijn.
Zeg je het eens tegen jezelf of tegen anderen dat je moet stoppen om zo te doen /denken /voelen? Dat is heel goed! Je voelt het dus aan dat het niet bijdraagt aan het welzijn van jezelf en/of ander. Alleen, wat maakt het dat je dat niet functionele gedrag nodig hebt? Wat gebeurt er echt?
In yin yoga en zen meditatie leer je te zijn met een ongemakkelijk gevoel en gedachten. Niet dat je alles in moet slikken en accepteren, maar als je met ongemak in rust kan zijn, kan je kiezen wat je ermee wilt, wat je echt nodig hebt. Je wordt minder gestuurd door de “doorzichtige krachten”. Als coach kan ik je helpen om samen de diepte in te duiken, het onderzoeken, zodat je bewuster wordt van je eigen“doorzichtige krachten”.
Je kan gelijk gaan oefenen. In een lastige situatie, voordat je gaat doen wat je altijd deed, stop en tel tot 10. En merk op, wat er bij jou gebeurt: Wat denk je? Wat voel je?